home

Shunt aanleggen voor hemodialyse : via een operatie

Als u hemodialyse nodig heeft, krijgt u een shunt in de onderarm. Een shunt verbindt een slagader met een ader. Het aanleggen van de shunt gebeurt via een operatie. De operatie duurt ongeveer 1 uur. Het aanprikken van de dialyse-machine gebeurt via de shunt. Na 2 tot 6 weken kan de shunt gebruikt worden voor dialyse.

Over de shunt

Om te kunnen dialyseren worden er 2 naalden in de bloedbaan geprikt.
Dit heet aanprikken. Als een normale ader niet geschikt is, krijgt u meestal een shunt.
De shunt komt meestal in de arm.
Soms is een kunststof bloedvat een oplossing. Dit heet een graft.

Illustratie van een shunt door een kunststof bloedvat.
Illustratie van een shunt.

Zo bereidt u zich voor op de operatie

  • Er is onderzoek nodig om te kunnen bepalen welke shunt voor u geschikt is. We maken voor u een afspraak.
  • Met een duplexonderzoek zijn de aders te zien. De arts kan dan zo de beste plek voor de shunt bepalen. Lees meer op de webpagina Duplexonderzoek ader.
  • U krijgt een afspraak met de vaatchirurg: dat is de arts die u gaat opereren. De arts vertelt welke shunt u krijg en op welke plek de shunt wordt aangelegd.
  • Houd er rekening mee dat u pas 48 uur na de operatie mag douchen.
  • U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
    Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
    Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie.
  • Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
    Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
    Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts.
  • Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
    U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
    Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie. 

Zo gaat de operatie

De operatie

Tijdens de operatie maakt de arts een verbinding tussen de ader en de slagader.
De arts hecht de wond meestal met oplosbare hechtingen. De operatie duurt ongeveer 1 uur.

Direct na de operatie

Na de operatie controleert de arts of de shunt goed is aangelegd. U moet thuis de shunt iedere dag controleren. De vaatchirurg let u uit hoe u de shunt controleert.  

Naar huis

Als u zich goed voelt, mag u na uw behandeling of onderzoek meteen naar huis. Zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer raden wij af. Vraag of iemand u met de auto naar huis brengt.

Adviezen voor thuis

Doe het de eerste tijd rustig aan. Na de operatie is de arm meestal pijnlijk en dik. Vraag eventueel een naaste om u te helpen. 48 uur na de operatie mag u de pleister verwijderen en kunt u weer douchen.

U moet de shunt elke dag controleren. U controleert de shunt door uw vingers op de shunt te leggen. U voelt een trilling. Dit heet: thrill. Als het niet lukt om uw shunt te voelen, krijgt u mogelijk een stethoscoop mee naar huis om het geluid van uw shunt te controleren.

Na de operatie mag u eventueel pijnstillers gebruiken.
Gebruik niet meer dan 4 keer per dag 2 tabletten paracetamol 500 mg.
Leg uw arm eventueel op een kussen.

U moet altijd voorzichtig zijn met de arm met de shunt. Let op volgende dingen:

  • Laat geen bloedprikken of een infuus aanleggen.
  • Geen bloeddruk meten.
  • Draag geen strakke kleding of sieraden.
  • Til geen zware dingen.
  • Slaap op uw goede arm.
  • Probeer uw arm niet te beschadigen. Krab niet aan eventuele korstjes.
  • Ga niet naar hele koude of hele warme plekken.
  • Overleg met de arts of u kan sporten.

Zo gaat het verder

Bij de aanleg van een graft

  • 1 of 2 dagen na de aanleg van een graft kan de dialyse-machine worden aangeprikt.
  • 1 week na de operatie komt u voor controle naar het ziekenhuis.
    Eventueel worden de hechtingen eruit gehaald.
    Soms krijgt u een balletje om thuis te oefenen. U moet dan een paar keer per dag in het balletje knijpen. Dit doet u om de ontwikkeling van de shunt verbeteren.

Bij de aanleg van een shunt

  • 1 maand na de operatie komt u naar het ziekenhuis voor een echo-onderzoek om te controleren of de shunt al gebruikt kan worden. De tijd tussen de operatie en het gebruik van de shunt heet: rijpingsfase
  • 6 tot 12 weken na de operatie is de shunt goed ontwikkeld en kan een shunt van eigen bloedvaten gebruikt worden.

Soms werkt een shunt niet goed. U krijgt dan opnieuw een duplexonderzoek. Soms is een nieuwe operatie nodig.

Wanneer moet u ons bellen?

Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een ontsteking of bloeding.

Bel meteen de afdeling Dialyse als u 1 of meer van deze klachten heeft:

  • U hoort of voelt de shunt niet meer.
  • De wond is dik, warm en wordt steeds roder.
  • Geen gevoel, koude of blauwe vingers en een witte hand.
  • Een wondje of beschadiging op de huid bij de shunt.

Veelgestelde vragen

Als de nieren niet meer werken, kan de dialyse-machine de afvalstoffen uit het bloed filteren. Tijdens een dialyse wordt het bloed buiten het eigen lichaam gefilterd. Daarna wordt het bloed weer teruggegeven.

Een shunt is een verbinding tussen 2 bloedvaten. De shunt verbindt een slagader met een ader. Door de shunt stroomt het bloed van de slagader meteen in de ader. In de ader gaat het bloed sneller stromen. De ader wordt daardoor groter, en de wand van de ader wordt steviger. Dit soort shunt noemen we fistel.

Om te kunnen dialyseren worden 2 naalden in de bloedbaan geprikt. Dit noemen we ‘aanprikken’. Een normale ader is vaak niet geschikt voor het aanprikken. Er stroomt te weinig bloed door de ader om aan te prikken. Ook is de wand van de ader niet stevig genoeg om vaak te worden aangeprikt.
Daarom is het bij de meeste mensen nodig om een shunt aan te leggen. De shunt komt meestal in de arm.

Bij sommige mensen is het niet mogelijk om een shunt aan te brengen in de eigen bloedvaten. Als dit zo is, krijgt u een kunststof bloedvat. Dit kunststof bloedvat verbindt de ader met de slagader. U krijgt dan een shunt in het kunststof bloedvat. Dit soort shunt noemen we graft.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de afdeling via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Afdeling Dialyse, locatie West
020 510 83 90 (op werkdagen van 07.30 tot 16.00 uur)
dialyse.secretariaat@olvg.nl

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Nierziekten van OLVG. Laatst gewijzigd: