Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Zo bereidt u zich voor
- U vult een vragenlijst in via patiëntenportaal MijnOLVG als voorbereiding op uw behandeling of onderzoek. Daarna hoort u welke soort verdoving u krijgt.
Meestal hoort u dit online via MijnOLVG. Heel soms is een telefonische afspraak of een bezoek aan de polikliniek Anesthesiologie nodig. Een medewerker van de afdeling Anesthesiologie neemt dan contact met u op.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Verdoving bij een onderzoek of operatie. - Gebruikt u bloedverdunners of andere medicijnen? Of bent u bent u allergisch voor bepaalde medicijnen of jodium? Geef dit dan aan via MijnOLVG. Doe dit zo snel mogelijk.
Als u MijnOLVG niet gebruikt, overleg dan met uw arts.
Stop nooit zomaar met het innemen van uw medicijnen. Bespreek dit altijd met uw arts. - Voor uw eigen veiligheid moet u voor uw behandeling of onderzoek nuchter zijn.
U krijgt hiervoor instructies van een medewerker van de afdeling Anesthesiologie.
Voor meer informatie kunt u ook alvast kijken op de webpagina Verdoving bij een onderzoek of operatie.
| Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie. Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking. Stop als het kan 4 weken voor uw operatie met roken. Rook niet tot minstens 4 weken na de operatie. Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie. |
Zo gaat de operatie
Voor de operatie
Voordat u naar de operatiekamer gaat, krijgt u een infuus. Een infuus is een dun slangetje in een bloedvat in uw arm. Via het infuus krijgt u de narcose.
De operatie
De operatie duurt ongeveer 45 minuten.
Er zijn 2 manieren om u te opereren aan uw AC-artrose, de arts maakt samen met u de keuze voor welke operatie voor u geschikt is:
- U krijgt een open procedure. De arts maakt hiervoor 1 grotere snee aan de voorkant van uw schouder. De arts verwijdert daarna 6 tot 8 millimeter van het uiteinde van uw sleutelbeen. Zo komt er meer ruimte tussen het sleutelbeen en de bovenkant van het schouderblad. U heeft hierdoor minder pijn. De arts maakt de wond weer dicht met hechtingen.
- U krijgt een kijkoperatie. Bij een kijkoperatie maakt de arts 2 tot 4 kleinere sneetjes aan de voorkant van uw schouder. Via 1 van deze sneetjes gaat de arts naar binnen met een scoop. Een scoop is een dun buisje met aan het einde een camera. Met de scoop kan de arts uw schouder goed bekijken. Via 1 van de andere sneetjes verwijdert de arts daarna 5 tot 10 millimeter van het uiteinde van uw sleutelbeen. Zo komt er meer ruimte tussen het sleutelbeen en het schouderblad. U heeft hierdoor minder pijn. De arts maakt de sneetjes weer dicht met hechtingen.
Na de operatie
- De verpleegkundige brengt u naar de uitslaapkamer.
- U heeft na de operatie een infuus in uw arm. Hierdoor krijgt u medicijnen en vocht.
- De arts vertelt u hoe de operatie is gegaan.
- De arts vertelt u wat u wel en wat u niet mag doen met de schouder.
Naar huis
Als u zich goed voelt, mag u na de operatie naar huis. Zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer raden wij af. Vraag of iemand u met de auto naar huis brengt.
U krijgt pijnstillers mee voor de eerste paar dagen na de operatie.
Adviezen voor thuis
- Na de operatie krijgt u een sling om uw arm te ondersteunen. Een sling is een draagband om uw nek. U draagt de sling 2 tot 4 weken. Het is niet verplicht om de sling te dragen, maar het kan uw schouder wel steun geven.
- U mag pas weer autorijden en fietsen als u geen pijn meer heeft aan de schouder.
Dit duurt ongeveer 6 tot 8 weken, soms langer. - Het is belangrijk om regelmatig te oefenen met de schouder. Als de oefeningen te veel pijn doen, moet u rustiger aan doen.
Wij raden u aan om 2 weken na de operatie te beginnen met fysiotherapie.
Zo gaat het verder
U komt 2 weken na de operatie terug op de polikliniek om de wond te laten controleren.
U komt 3 maanden na de operatie terug voor een controle van uw AC-gewricht. Dan kijken we of uw schouder goed is hersteld.
Wanneer moet u ons bellen?
Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een nabloeding, een wondinfectie, een zenuwbeschadiging of een breuk van het bot. Ook kunt u een stijve schouder krijgen.
Bel met de polikliniek Orthopedie als u 1 of meer van deze klachten heeft:
- Als u meer dan 38,5 graden koorts heeft.
- Bij plotseling veel bloedverlies.
- Als u denkt dat uw wond ontstoken is. Uw wond is dan rood en warm, of de plek rond de wond is dik. Er kan ook pus uit de wond komen. Als u twijfelt, bel dan de polikliniek Orthopedie.
Contact
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Polikliniek Orthopedie, locatie Oost, P3
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Polikliniek Orthopedie, locatie West, route 5
020 510 88 84 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
mailorthopedie@olvg.nl
Bel de verpleegafdeling als u vragen heeft die niet tot de volgende werkdag kunnen wachten.
Verpleegafdeling Orthopedie, locatie West, B5
020 510 82 35 (iedere dag van 16.15 tot 08.15 uur)
Bel een medewerker van Opnameplanning als u vragen heeft over de datum van de operatie.
Opnameplanning afdeling Orthopedie
020 599 36 50 (op werkdagen van 10.00 tot 12.00 uur)
Als de afdeling niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar de Spoedeisende Hulp via het algemene telefoonnummer van OLVG.
OLVG, locatie Oost
020 599 91 11
OLVG, locatie West
020 510 89 11
Is de situatie levensbedreigend, bel dan 112.
De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Orthopedie van OLVG.
Laatst gewijzigd:
