home

Carpal Boss : operatie van een extra bot in de hand

Als er extra bot groeit tussen de onderste gewrichtjes van uw hand heet dit Carpal Boss. Uw hand is dan aan de bovenkant in de richting van de pols wat dikker. Soms kunt u hierdoor uw pols niet meer goed bewegen en u kunt ook pijn hebben. Als een behandeling met rust en medicijnen niet helpt, is soms een operatie mogelijk.

Over Carpal Boss

Bij Carpal Boss groeit er extra bot tussen de handwortelbeentjes van de hand, ongeveer 3 centimeter boven de pols. Het extra bot groeit meestal tussen de gewrichtjes van de handwortelbeentjes van de wijsvinger of middelvinger. De bovenkant van de hand voelt hard aan en is meestal dikker op de plaats van het extra bot. Hoe Carpal Boss ontstaat is nog niet duidelijk.

De meeste mensen hebben weinig last van het extra bot. De verdikking kan wel klachten geven zoals:

  • Irritatie en pijn van de strekpezen die over de verdikking lopen. De strekpezen maken soms ook een klikkend geluid.
  • Minder beweging in hand of pols, bijvoorbeeld bij sommige sporten.

Behandeling

U krijgt altijd eerst een lichamelijk onderzoek van uw pols. De plastisch chirurg onderzoekt waar de pijn zit en hoe u uw hand en pols beweegt. Soms is extra onderzoek nodig zoals een röntgenfoto.
Als een brace of medicijnen met ontstekingsremmers niet helpen tegen de klachten, kunt u soms een operatie krijgen.
Welke operatie voor u geschikt is bespreekt de plastisch chirurg met u.

Tijdens de operatie verwijdert de plastisch chirurg het extra botweefsel tot het gezonde botweefsel.
Soms is het nodig om de gewrichtjes aan elkaar vast te zetten. Dit heet artrodese.
Bij een artrodese is soms een tweede operatie nodig bij klachten zoals:

  • het bot groeit niet of slecht aan elkaar
  • u heeft last van het materiaal dat het gewricht vastzet

Zo bereidt u zich voor

Rookt u? Voor uw herstel is het beter om te stoppen met roken rond de operatie.
Als u niet rookt heeft u minder kans op complicaties zoals een ontsteking.
Stop als het kan 6 weken voor uw operatie met roken.
Rook niet tot minstens 6 weken na de operatie.
Kijk voor meer informatie op de webpagina: Roken en een operatie.
  • De voorbereiding is afhankelijk van de soort verdoving die u krijgt. U bespreekt dit met uw zorgverlener.
  • Soms is het nodig dat u nuchter bent. Nuchter zijn betekent dat u niets mag eten en drinken vanaf een bepaald moment tot aan uw onderzoek of operatie. Uw zorgverlener vertelt u of het nodig is dat nuchter naar het ziekenhuis komt.
  • Gebruik op de dag van de operatie geen bodylotion of crème.
  • Draag op de dag van de operatie geen sieraden of piercings.
  • Draag op de dag van de operatie geen nagellak.
  • Als u na de operatie naar huis gaat, kunt u nog wat pijn hebben. Zorg daarom dat u voor de operatie paracetamol in huis heeft.
  • Zorg dat iemand u komt ophalen na de operatie.

Zo gaat de operatie

Voor de operatie

Voor de operatie krijgt u een verdoving. Dit kan een plaatselijke verdoving of narcose zijn.

De operatie

  • De plastisch chirurg maakt een opening in de huid van uw hand richting de pols.
  • De plastisch chirurg verwijdert daarna het extra bot en zet soms ook het gewricht vast.
  • Het sluiten van de wond gebeurt vaak met oplosbare hechtingen. De hechtingen lossen dan vanzelf op.
  • U krijgt over de wond hechtpleisters en drukverband of gips.

De operatie duurt 1 uur.

Na de operatie

  • Na de operatie krijgt u drukverband of gips om uw hand en pols. De vingers zitten niet in het gips.
  • U krijgt een afspraak over 1 tot 2 weken op de polikliniek.

Opleiden zorgverleners in OLVG

OLVG biedt kansen aan de zorgverleners van de toekomst. Nieuwe zorgverleners zijn hard nodig.
Arts-assistenten, zorgverleners en zorgverleners in opleiding kijken mee en doen zelf onderzoeken en behandelingen.  Dit gebeurt altijd onder verantwoordelijkheid van een zorgverlener met ervaring.
Zo kan OLVG patiënten ook in de toekomst de juiste zorg blijven bieden.

Uitstel van uw operatie of behandeling

Heel soms gebeurt het dat uw operatie of uw behandeling niet kan doorgaan.
Bijvoorbeeld door een onverwachte situatie. Of als een andere patiënt spoedeisende hulp nodig heeft. U krijgt dan zo snel mogelijk een nieuwe afspraak.

Naar huis

  • Als u zich goed voelt, mag u de dag van de operatie naar huis.
  • U mag na de operatie niet zelf autorijden, fietsen of reizen met het openbaar vervoer. Vraag of iemand u naar huis brengt.
  • Een plaatselijke verdoving kan nog enkele uren nawerken.

Adviezen voor thuis

  • Houd uw hand hoog. Door uw hand hoog te houden is er minder kans op een zwelling.
  • Beweeg regelmatig uw vingers tegen het stijf worden. Doe 5 keer dag de volgende  oefeningen. U kunt uw andere hand gebruiken om uw vingers te helpen.
    • Strek en ontspan de vingers 10 keer.
    • Spreid en sluit uw vingers 10 keer.
  • U mag uw pols 2 weken niet belasten. Hierna gaat u in overleg met uw arts uw pols steeds meer belasten.
  • Vermijd met kracht een vuist te maken. Wanneer u de pols weer kunt belasten en hoelang gips nodig is hangt af van welke operatietechniek is gebruikt.
  • U mag gewoon douchen. Het gips mag niet nat worden. Gebruik een plastic zak.
  • U mag 2 weken niet in bad of zwemmen.
  • Bij pijn kunt u paracetamol gebruiken. Gebruik maximaal 4 keer per dag 2 tabletten paracetamol van 500 mg. Doe dit maximaal 7 dagen.
  • Gebruik de eerste maanden een zonnebrandcrème op het litteken.

Zo gaat het verder

  • U heeft na 1 tot 2 weken een controleafspraak op de polikliniek. Dan gaat ook het gips of drukverband van uw hand af. Zo nodig verwijdert de arts de hechtingen.
  • Zo nodig krijgt u een verwijzing naar een handtherapeut.
  • Houd er rekening mee dat het herstel ongeveer 1 jaar kan duren.

Wanneer moet u ons bellen?

Iedere operatie heeft risico’s. Bij deze operatie bestaat een kleine kans op een infectie of een bloeding. Het gebied rond het litteken kan de eerste maanden gevoelig zijn. Na de operatie is de pols vaak stijf en dik. Dit gaat meestal vanzelf weer over. 

Bel meteen met de afdeling Plastische Chirurgie als u 1 of meer van deze klachten heeft:

  • U heeft meer dan 38,5 graden koorts.
  • U denkt dat uw wond ontstoken is. De wond is rood en warm of de plek om de wond is dik.
  • U heeft veel pijn.
  • De wond geneest niet goed.

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Polikliniek Plastische Chirurgie, locatie Oost, P4
020 510 86 70 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)

Als de polikliniek niet bereikbaar is, belt u met klachten die echt niet kunnen wachten naar verpleegafdeling B5.

Verpleegafdeling Plastische Chirurgie, locatie Oost, B5
020 599 25 03 (dag en nacht bereikbaar)

Is de situatie levensbedreigend, bel dan 112.

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Plastische, reconstructieve, en handchirurgie van OLVG. Laatst gewijzigd: