Gipsbroek : adviezen voor thuis

Zorg dat uw kind regelmatig een schone luier krijgt. Een vieze gipsbroek kunnen we niet vervangen.

• Als de gipsbroek vieze randjes heeft, kunt u deze schoonmaken met een nat doekje en een beetje wasmiddel.
• Gebruik 2 luiers per keer. De gipsverbandmeester en de verpleegkundige van de afdeling Kindergeneeskunde kunnen u laten zien hoe u dit doet.

een kleine luier in de gipsbroek

een grotere maat luier over de kleine luier en de gipsbroek

Gips en water

• Als uw kind open wondjes heeft, mag het gips niet nat worden. Dit is om infecties te voorkomen.
• Heeft uw kind zwemgips gekregen? Dan mag het gips wel nat worden. Het duurt ongeveer 1 uur voordat de binnenkous droog is.

Verzorging

• U kunt uw kind wassen met een washandje. Als uw kind zwemgips heeft, kan uw kind gewoon douchen.
• Smeer smetplekjes en rode billen in met een dun laagje zinkzalf.

Houding en optillen

• Als uw kind op zijn rug ligt, kunt u de beentjes van uw kind ondersteunen met een opgerolde handdoek of een kussen. Uw kind ligt dan niet met een holle rug.
• Til het kind nooit alleen onder de oksels op. Ondersteun de billen van uw kind altijd met uw hand.
• Uw kind mag gewoon op schoot zitten.

Slapen

• Leg uw kind altijd op zijn rug in bed. Als uw kind op de buik ligt, kan uw kind niet zelf terugdraaien. Dat kan gevaarlijk zijn.
• Leg altijd een opgerolde handdoek of een kussen onder de beentjes van uw kind. Uw kind ligt dan niet met een holle rug. Ook prikt de gipsbroek dan niet in de buik of de rug van uw kind.

Eten en drinken

• Als u eerder al borstvoeding gaf, kunt u hier gewoon mee doorgaan. Gebruik een kussen om op te steunen als het nodig is.
• U kunt het beste vaker op de dag kleine porties eten geven aan uw kind, in plaats van 1 keer een bord vol. Uw kind kan door de gipsbroek snel last hebben van een vol gevoel.

Controleren van de gipsbroek

Uw kind mag geen last of pijn hebben van de gipsbroek. Controleer de volgende dingen daarom regelmatig:

• Of er genoeg ruimte tussen de gipsbroek en de huid van uw kind zit. De gipsbroek mag niet te strak zitten.
• Of er geen scherpe of uitstekende randjes aan de gipsbroek zitten.
• Of de voetjes en tenen van uw kind goed kunnen bewegen.
• Of de voetjes van uw kind roze van kleur zijn en warm aanvoelen.
• Of uw kind last heeft van drukplekken rond de enkels en de randjes van de gipsbroek.
• Of de gipsbroek in de buik of de rug van uw kind drukt.

Bel de Gipskamer als uw kind 1 of meer van deze klachten heeft:

• Uw kind heeft koorts.
• Uw kind heeft een operatiewond die vies ruikt.