home

CT-scan bij een kind : röntgenonderzoek

Een CT-scan is een onderzoek met röntgenstralen. Dit onderzoek laat eventuele afwijkingen zien bij uw kind. Als uw kind een CT-scan krijgt, mag u hierbij aanwezig zijn. Soms moet een kind voor het onderzoek 1 dag in het ziekenhuis blijven. Dit is alleen nodig bij een onderzoek met contrastvloeistof of als uw kind een rustgevend middel krijgt. Het onderzoek duurt 10 tot 30 minuten.

Over een CT-scan

Een CT-scan maakt in 1 keer foto’s van alle kanten van de binnenkant van een lichaamsdeel. Een CT-scan gebeurt met röntgenstralen. Met een CT-scan is het mogelijk om ziektes of afwijkingen op te sporen. De hoeveelheid straling is klein en niet gevaarlijk.

Als het nodig is, mag u bij uw kind blijven tijdens het onderzoek. U moet wel afstand houden tijdens het onderzoek. Als u zwanger bent, meld dit dan aan de laborant.

Soms blijkt dat uw kind niet rustig genoeg is. Het onderzoek kan dan niet doorgaan. In overleg met de arts krijgt u dan een nieuwe afspraak.

Contrastmiddel

Soms is het nodig dat uw kind tijdens het onderzoek jodiumhoudend contrastmiddel krijgt via een infuus in een bloedvat. Wanneer dit nodig is, controleren wij van tevoren de nierfunctie. Dit gebeurt door bloedonderzoek. Als er extra maatregelen nodig zijn, nemen wij contact met u op.

Heeft uw kind een allergische reactie gehad na jodiumhoudend contrastmiddel bij een eerder onderzoek? Meld dit dan voor het onderzoek aan uw arts.

Op het moment dat uw kind het contrastmiddel krijgt, merkt het: 

  • Een warm gevoel in het lichaam.
  • Een vieze smaak in de mond.
  • Het gevoel dat hij/zij aan het plassen is.

Deze bijwerkingen verdwijnen binnen een paar minuten.

Zo bereidt u uw kind voor

  • Als uw kind voor een onderzoek in het ziekenhuis komt, kan het zich angstig of onzeker voelen. U kunt uw kind helpen door duidelijk te vertellen wat er gaat gebeuren. Op deze manier bereidt u zich samen met uw kind voor op het onderzoek.
  • Voor een goede kwaliteit van het onderzoek is het belangrijk dat uw kind zo stil mogelijk ligt. Uw kind krijgt voor het onderzoek soms een rustgevend middel. Dit heet sedatie. Er zijn verschillende manieren om uw kind het rustgevend middel te geven: als drankje, via een zetpil of via het infuus.
  • Laat uw kind geen kleding dragen met metaal, zoals metalen ritsen, knopen of sieraden. Metaal houdt de straling tegen. De CT-scan is niet goed te beoordelen als uw kind kleding met metaal draagt.

Zo gaat het onderzoek

Voor het onderzoek

Voor het onderzoek is het soms nodig om een contrastmiddel in te spuiten via een infuus. Uw kind krijgt een infuus in een bloedvat in de arm. Uw kind kan een warm gevoel krijgen in het lichaam en een smaak van metaal in de mond. Ook kan uw kind het gevoel krijgen dat hij aan het plassen is. Dit gebeurt niet echt.
Met contrastmiddel zijn de bloedvaten en organen beter te zien.

Het onderzoek

  • De laborant brengt u en uw kind naar de kleedkamer. U hoort daar welke kleding uw kind uit moet doen.
  • Tijdens het onderzoek ligt uw kind op een onderzoekstafel. Deze tafel schuift langzaam door een ring. De ring is ongeveer 70 centimeter breed.
  • Met de röntgenbuis in de ring maken we foto’s. De röntgenbuis draait tijdens het maken van de foto’s rond. Dat maakt wat lawaai.
  • Tijdens het onderzoek kan de laborant vragen of uw kind de adem even inhoudt.
  • Uw kind moet stil blijven liggen tijdens het onderzoek.
  • Het onderzoek duurt 10 tot 30 minuten.

Naar huis

Uw kind mag na het onderzoek meteen naar huis. Soms moet een kind voor het onderzoek 1 dag in het ziekenhuis blijven. Dit is alleen nodig bij een onderzoek met contrastvloeistof of als uw kind een rustgevend middel krijgt.

Uitslag van het onderzoek

De uitslag van het onderzoek is niet meteen bekend. De arts die het onderzoek heeft aangevraagd, bespreekt de uitslag met u.

Veelgestelde vragen

Op een CT-scan kunnen artsen meer details zien dan op een röntgenfoto. Lees hier meer over op Thuisarts.

De CT-scanner maakt met de foto’s een 3D-foto van het lichaam. 3D betekent dat er diepte op te zien is. Hierdoor is duidelijker te zien hoe het lichaam en de organen eruit zien. Dit komt omdat bij een CT-scan de röntgenstralen van alle kanten komen. Bij een gewone röntgenfoto komen de röntgenstralen van 1 kant.

Een CT-scan maken duurt iets langer dan een röntgenfoto maken. Ook wordt meer röntgenstraling gebruikt dan bij een röntgenfoto.

Bij een CT-scan wordt meer röntgenstraling gebruikt dan bij een röntgenfoto. Daarom laten artsen alleen een CT-scan maken als het nodig is. Er wordt zo weinig mogelijk straling gebruikt.

Soms moet uw kind vaker een CT-scan krijgen. Bijvoorbeeld als de artsen willen weten hoe een ziekte bij uw kind gaat. Hierdoor wordt de kans op schade een klein beetje groter. Uw arts kan dit met u bespreken. Samen kunt u beslissen wat u gaat doen.

Uw kind hoeft tijdens het onderzoek geen bescherming te dragen (zoals een loodschort). Dat is ook niet nodig als uw kind vaker een onderzoek krijgt. Als uw kind bescherming draagt, kunnen er geen goede beelden van zijn of haar lichaam gemaakt worden.

Als u tijdens het maken van de CT-scan van uw kind in dezelfde ruimte bent, krijgt u een loodschort aan.

Wanneer moet u ons bellen?

Na het onderzoek is er een hele kleine kans dat uw kind een allergische reactie krijgt op het jodiumhoudend contrastmiddel. Uw kind krijgt dan bijvoorbeeld huiduitslag, jeuk of moet vaak niezen.

De klachten gaan vaak binnen 1 dag vanzelf over. Als de klachten na 1 dag niet overgaan of uw kind heeft meer klachten neem dan contact op met afdeling Radiologie. 's Avonds of in het weekend belt u met de huisartsenpost. 

Contact

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de polikliniek via MijnOLVG of per e-mail. Op werkdagen kunt u ook bellen.

Afdeling Radiologie, locatie Oost, C1
020 599 33 25 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
radiologieoosterpark@olvg.nl

Afdeling Radiologie, locatie West, route 15
020 510 88 98 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
radiologie.afdeling@olvg.nl

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie Oost, P4
020 599 30 38 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
kinderpoli@olvg.nl

Polikliniek Kindergeneeskunde, locatie West, route 32
020 510 88 90 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
kinderpoli@olvg.nl

Afdeling Kindergeneeskunde, locatie West, route 24
020 510 89 07 (dag en nacht bereikbaar)

De informatie op deze pagina is afkomstig van de afdeling Radiologie en Nucleaire geneeskunde van OLVG. Laatst gewijzigd: