Inloggen met DigiD
U kunt eenvoudig inloggen in MijnOLVG met DigiD. U kunt de MijnOLVG-app downloaden in de App Store of Google Play Store.
Slaapapneu betekent 'niet ademen tijdens de slaap’. Iemand met slaapapneu stopt vaak met ademen tijdens de slaap. De adempauzes duren 10 seconden of langer.
Van de 100 mensen heeft waarschijnlijk 1 persoon slaapapneu. Het is niet precies bekend hoe vaak het voorkomt, omdat het niet altijd wordt ontdekt.
Slaapapneu komt vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Het komt vooral voor bij mensen van 45 tot 65 jaar.
Dit gebeurt er als u last heeft van slaapapneu:
Door de adempauzes bent u overdag erg slaperig en niet goed uitgerust. U kunt minder goed opletten. Daardoor heeft u meer kans op een ongeluk, bijvoorbeeld op uw werk of in het verkeer.
Slaapapneu kan samengaan met andere problemen:
Slaapapneu ontstaat doordat uw keel slap is en daardoor even dicht zit.
Als u slaapt, ontspant u zich helemaal. Bij sommige mensen wordt de keel dan zo slap, dat er geen lucht meer doorheen kan. Of veel minder lucht. Dat gebeurt bij slaapapneu. Daardoor kan er even geen lucht in of uit de longen. De ademhaling stopt dus even. Uw lichaam krijgt dan minder zuurstof. Erna gaat u vanzelf weer ademen. Het kan zijn dat u dan wakker wordt of gewoon blijft slapen.
Bij overgewicht komt dit vaker voor. Ook als u op uw rug slaapt. En door veel alcohol drinken is de kans op adempauzes tijdens de slaap groter.
U hoeft niet bang te zijn dat u helemaal stopt met ademen.
Bij klachten van slaapapneu stuurt de huisarts u door voor verder onderzoek. De huisarts stuurt u hiervoor naar een neuroloog, keel-neus-oorarts of longarts.
Om te kijken of u slaapapneu heeft, krijgt u een slaaponderzoek. Terwijl u slaapt, meet een apparaat hoe vaak en hoe lang uw adem stopt. Dit onderzoek kan thuis of in het ziekenhuis.
Controles door huisartsSlaapapneu geeft waarschijnlijk een grotere kans op ziekten van hart en bloedvaten. De huisarts controleert daarom uw gewicht, bloeddruk, bloedsuiker, nieren en cholesterol.
De behandelingen hebben voordelen en nadelen. Bespreek met uw arts wat het best bij uw situatie past. Gebruik hiervoor ook de Keuzekaart Slaapapneu.
LeefstijlprogrammaWat goed kan werken tegen overgewicht is meedoen aan een leefstijlprogramma. Dit kan bij slaapapneu als u een BMI van 25 of hoger heeft.
U leert gezond eten, meer bewegen en uw gedrag veranderen. Daardoor houdt u de gezonde gewoontes vol. Zo valt u op een gezonde manier af.
U krijgt hulp van een leefstijlcoach, diëtiste, fysiotherapeut of oefentherapeut. Uw huisarts kan u doorsturen.
Meer informatie over slaapapneu vindt u:
De informatie over slaapapneu hebben we gemaakt met:
Uw arts onderzoekt of u slaapapneu heeft. Dit onderzoek heet een polysomnografie of een polygrafie. De Afdeling Klinische Neurofysiologie voert het onderzoek uit. Het onderzoek duurt 1 nacht, terwijl u slaapt.
Tijdens dit onderzoek kunt u thuis slapen. Soms is het nodig dat u 1 nacht in het ziekenhuis blijft.
Vaak krijgt u ook een slaapendoscopie om te achterhalen hoe en wanneer uw luchtweg tijdens de slaap dichtvalt. Dit onderzoek gebeurt via de afdeling KNO.
Er zijn verschillende behandelingen mogelijk bij slaapapneu.
Met uw arts bespreekt u wat voor u de beste behandeling is. Dit hangt af van:
De mogelijke behandelingen zijn:
In OLVG werken artsen van verschillende afdelingen samen om u zo goed mogelijk te helpen bij uw slaapapneu. Ook werkt OLVG samen met het Amsterdam UMC, locatie AMC en het Academisch Tandheelkundig Centrum Amsterdam, ACTA.
Om het voor u zo makkelijk mogelijk te maken, heeft u vanuit het Slaapcentrum in OLVG 1 vaste contactpersoon. Deze contactpersoon bespreekt uw onderzoeken en behandelingen met de verschillende artsen.
Als u slaapapneu heeft en klachten heeft van overmatige slaperigheid, is er meer kans dat u tijdens het autorijden in slaap valt. Er zijn speciale regels voor autorijden voor mensen met slaapapneu.
U bespreekt met uw arts of het veilig is voor u om auto te rijden. U kunt meer informatie krijgen via het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen of CBR en de Apneu Vereniging.
Als u slaapapneu heeft, zijn er risico’s tijdens verblijf in een ziekenhuis tijdens slaap en verdovingen. Het is belangrijk dat uw zorgverleners weten dat u slaapapneu heeft.
Meld bij verblijf in het ziekenhuis aan uw arts dat u slaapapneu heeft. Ook als uw verblijf in het ziekenhuis niet met de slaapapneu te maken heeft.
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Stel uw vraag aan de afdeling via MijnOLVG. Op werkdagen kunt u ook bellen.
Slaapcentrum, locatie West, route 4
020 510 87 47 (op werkdagen van 08.15 tot 16.15 uur)
Een deel van de informatie op deze pagina komt van Thuisarts.nl. Thuisarts.nl wordt gemaakt door het Nederlands Huisartsen Genootschap. De Federatie Medisch Specialisten, Patiëntenfederatie Nederland en Akwa GGZ werken mee aan Thuisarts.nl.