Sneldiagnostiek bij een longafwijking : onderzoeken van de longen

Sneldiagnostiek van de longen is bedoeld voor mensen bij wie een afwijking in de longen is gezien op een röntgenfoto.
Om u zo snel mogelijk duidelijkheid te kunnen geven over de afwijking, krijgt u verschillende onderzoeken. 
U krijgt deze onderzoeken in een periode van ongeveer 2 weken na elkaar. Met uw arts bespreekt u de uitslagen en mogelijke behandelingen.

Tijdens de verschillende onderzoeken heeft u 1 zorgverlener als vaste contactpersoon. Dit is uw casemanager. Als u vragen heeft, kunt u daarmee makkelijk bij uw casemanager terecht.

U krijgt 1 of meer van de volgende onderzoeken:

CT-scan

Uw zorgverlener maakt een CT-scan van uw longen. Dit gebeurt met röntgenstralen. De hoeveelheid straling is klein en veroorzaakt geen schade aan uw lichaam of omgeving.

Bronchoscopie

Bij een bronchoscopie bekijkt uw arts de binnenkant van uw longen. Een bronchoscopie gebeurt met een dunne, soepele slang die via uw mond naar uw longen gaat.

PET-scan

Een PET-scan brengt de stofwisseling van weefsels in beeld. Dit gebeurt met een licht radioactieve stof. U krijgt de radioactieve stof via een injectie in een ader.

Longfunctieonderzoek

Bij dit onderzoek meet uw arts de inhoud van uw longen. Het onderzoek heet Residu SPIROZ.

Punctie met hulp van een CT-scan

Bij een punctie haalt een arts vocht of cellen uit de afwijking in uw long voor onderzoek. Om precies te zien waar de afwijking zit, krijgt u een CT-scan.

MRI hersenen

Bij dit onderzoek maakt uw arts een scan van de binnenkant van de hersenen. Een MRI gebeurt met een krachtige magneet, radiogolven en een computer.

Uw arts beoordeelt de onderzoeken, dit duurt ongeveer 3 weken.

Zodra de uitslagen bekend zijn, heeft u een afspraak met uw longarts. U bespreekt de uitslag van de onderzoeken en de mogelijke behandelingen.